antimacasar, visillo — antimakassar - balbriggan (en) - aparato, faja, venda, vendaje — bandage, rekverband, verband, windsel, zwachtel - batista, cambray, holán — batist - chambray (en) - estopilla — kaasdoek, kaaslinnen - chino (en) - algodón — katoen, katoenplant, katoentje - cotton (en) - cretona — cretonne - caída, capa, colgadura, cortina, cortinaje, cortinas, drapeado, lencería, manto, pañería, ropaje, tela, telón, transparente, trapo, velo — draperie, gordijn, manufacturenwinkel, overgordijn, stoffenwinkel, voorhang, voorhangsel - albero, bayeta, estropajo, fregador, pellingajo, trapo, trapo de cocina, trapo de pulir — afdroogdoek, afwasborstel, afwaskwast, bordendoek, droogdoek, handdoek, keukendoek, poetsdoek, poetslap, schoteldoek, theedoek, vaatdoek, vaatkwast, vadoek, vatenkwast, wisdoek - blonda, blondo, mantelito — taartrand - edredón, edredón de plumón, manta de plumón — dekbed, donsdeken, donzen dekbed, donzen deken, veren dekbed - desecho, resto, retal, retazo, saldo — residu, restant, restgetal, restgroep - género, géneros textiles, paño, tejido, tejidos, textil — laken, materiaal, stof, stofdoek, stofvod, textiel, textielindustrie, textielnijverheid, textielvezel, weefsel - fori, lienzo, moquero, pañuelo, pañuelo de bolsillo, safo, sazo — snotlap, tissue, zakdoek - guardanapos, tecido grosseiro (pt) - cuero artificial, escay, imitación de piel, napa, polipiel, skay — imitatieleer, kunstleder, kunstleer, leerdoek, namaakleer, simileder, skai - katoendoek, Madras - de mohair, mohair — mohair - moqueta — trijp - muselina — mousseline, neteldoek - cuadrícula, malla, red — gaasweefsel, glasgordijn, maaswerk, net, netwerk, raster, vangnet, vitrage - cachemir — paisley - percal - popelín, popelina — popeline - rayón — kunstzijde, rayon - satén — satinet - raso, satén — atlas, satijn - estameña, jerga, rasilla, sarga, Sergio — serge - chapas, tela de sábana — bekleding, lakenstof - silesia (en) - spandex (en) - muestra, prueba — monster, staal - individual, salvamanteles — tafelmatje - tafetán — florentine, taf, tafzijde - alquitranado, empavesada, empegado, encerado, toldo — geteerd zeildoek, zeil - manta de viaje, tartán, tela escocesa — plaid, reisdeken, ruitje, ruitjesstof, Schots ruitpatroon, tartan - badstof, frotté, frottéweefsel, lussenweefsel - tejido de punto, tricot — jersey, ribtricot, tricot - tul — tule - velcro — kleefband, klitband, klitteband, klittenband - Viyella (en) - becerra, becerrillo, becerro, piel de becerro — kalfshuid, kalfsleer, pinkleer - marroquí — marokijn - Golden Fleece (en) - pelaje, pelleja, pellejo, pelo, piel — bont, dierehuid, pels, vacht - Astracán — astrakan, persiaan, persianer[Domaine]