voelen - ver (pt) - doorkrijgen, ontvangen - adivinhar (pt) - hallucineren - misperceive (en) - oppikken, opvangen - dromen - bezeren, blesseren, lijden, lijden aan, lijden onder, pijn hebben, te lijden hebben onder - ruiken - apalpar (pt) - aanschouwen, kijken, zien - in het oog krijgen - horen, opvangen - een en al oor, eén en al oor zijn, één en al oor zijn, luisteren, meeluisteren, opletten, toehoren, wachten - hapje, proeven - find (en) - see through (en) - ruiken, snuffelen[Spéc.]

beleving, gewaarwording, perceptie, waarneming - verstand - bijzitter, observant, observator, observatorium, observatrice, sterrenwacht, toeschouwer, waarneemster, waarnemer - perceptive (en)[Dérivé]

record, register (en) - beleven, gevoelen, gewaarworden, lijden, ondergaan, ondervinden, ontmoeten - bemerken, bespeuren, gewaarworden, merken, nota nemen van, observeren, opmerken - gadeslaan, observeren, opnemen, signaleren, waarnemen - te weten komen - discrimineren, merken, onderscheiden, ontdekken[Domaine]

opvangen (v. trans.) • percipiëren (v.) • registreren (v. trans.) • voorvoelen (v. trans.) • waarnemen (v. trans.)