» 

dicionario analógico

lever pour danser - lever précipitamment[Spéc.]

elevatie, lift, stijgkracht, verheffing, verhogingélévation, hausse, levée[Nominalisation]

beklimming, bestijging, Hemelvaart, opkomst, opstijging, verhogingascension, montée - lève-, leveur[Dérivé]

staanêtre debout, rester debout[Domaine]

aanschikken, gaan zitten, neerzetten, neerzijgen, neerzitten, nestelen, plaatsnemen, plaats nemen, zich neerlaten, zich neerzettenasseoir, poser son cul, poser sur son séant - aanliggen, leggen, neervlijen, schuilen, schuilgaans'étendre, se coucher[Ant.]

gaan staan (v. intr.) • lever (v. trans. pron.) • mettre debout (v. trans. pron.) • mettre droit (v. trans. pron.) • oprijzen (v.) • opstaan (v. intr.) • overeindkomen  • overeind komen (v. intr.) • rijzen (v.) • verheffen (v. trans.) • verrijzen (v. intr.)

-