Conteùdo de sensagent
Últimas investigações no dicionário :
calculado em 0.016s
verkrotten, vervallen[Hyper.]
sleet, slijtage, slijting — desgaste, gasto, usura - breekbaar, broos — quebradiço, quebrável[Dérivé]
rafelen, uitrafelen — desfilar[Spéc.]
sleet, slijtage, slijting — desgaste, gasto, usura - breekbaar, broos — quebradiço, quebrável[Dérivé]
afbreken, breken — arruinar, destruir, quebrar[Cause]
doorlekken, inwateren, laten uitlekken, lekken — verter[Domaine]
uitslijten — desgastar - afbreken, afgaan, afweken, losbeitelen, losgaan, loskomen, loslaten, losraken, losscheuren, losweken — descolado, quebrar[Analogie]
breken (v.) • puir (v.) • rafelen (v.) • slijten (v.) • sneuvelen (v. intr.) • uitlopen (v. intr.) • uitslijten
-