Conteùdo de sensagent
Últimas investigações no dicionário :
calculado em 0.016s
waarschuwen, zeggen — informar[Hyper.]
sein, seinlicht, signaal, taalteken, teken — sinal, Sinalização telefônica - aanduiding, aanwijzing, indicatie, indicie, symptoom, vingerwijzing — agouro, indicação, indício, presságio, sinal - indication (en) - indicator (en) - aanwijzen-, wijzing — indicador, indicativo, indicatório, sugestivo[Dérivé]
orakelen, profeteren, voorspellen, voorzeggen, waarzeggen, wichelen — agourar, augurar, predizer, prever, profetizar, prognosticar - aanduiden, aangeven, aanwijzen — assinalar, marcar[Spéc.]
sein, seinlicht, signaal, taalteken, teken — sinal, Sinalização telefônica - aanduiding, aanwijzing, indicatie, indicie, symptoom, vingerwijzing — agouro, indicação, indício, presságio, sinal - indication (en) - indicator (en)[Dérivé]
aanwijzen (v.) • denotar (v.) • evidenciar (v.) • indicar (v.) • sinalizar (v.) • sugerir (v.)
-