» 

dicionario analógico

enseigner, transmettre des connaissances (fr)[Classe]

le savoir (fr)[DomaineCollocation]

informeren, inlichten, kennen, mededelen, meedelen, op de hoogte stellen, verwittigeninformar[Hyper.]

didactiek, lering, les, onderricht, onderwijs, onderwijsinstelling, onderwijskunde, onderwijsleer, opleiding, opvoedkunde, pedagogie, pedagogiek, scholingdidáctica, Educação, ensinamento, ensino, pedagogia - docent, leerkracht, onderwijsgevende, onderwijskrachtprofessor - docent, docente, frik, instructrice, leerkracht, leraar, lerares, onderwijsgevende, onderwijskracht, schoolfrik, schoolvosdocente, ensino, Magistério, mestra, mestre, professor - instructief, instruktief, leerrijk, leerzaaminformativo, instrutivo, noticioso - bevattelijk, dociel, gedwee, gewillig, gezeglijk, leerzaam, meegaand, opvoedbaar, volgzaam, willigdócil, educável[Dérivé]

instuderen, leren, onder de knie krijgen, ondervinden, opstekenaprender, atingir, dominar, estudar, obter[Cause]

instruir, treinar - indoctrinerendoutrinar - oefenen, trainen - catechise, catechize (en) - reforçar - voorkauwenmascar, preparar a papinha toda a - induct (en) - mentor (en) - educar, instruir - unteach (en) - afleren, afwennen, ontwennen - ground (en) - een lezing gevenensinar, falar, palestrar - begeleiden, coachen, trainen, voorbereidenpreparar - inlichten, opbouwen, verbeteren, verlichten, voorlichten, vormenedificar, esclarecer - bepalen, conditionerencondicionar[Spéc.]

docent, docente, frik, instructrice, leerkracht, leraar, lerares, onderwijsgevende, onderwijskracht, schoolfrik, schoolvosdocente, ensino, Magistério, mestra, mestre, professor[PersonneQui~]

didactiek, lering, les, onderricht, onderwijs, onderwijsinstelling, onderwijskunde, onderwijsleer, opleiding, opvoedkunde, pedagogie, pedagogiek, scholingdidáctica, Educação, ensinamento, ensino, pedagogia[Nominalisation]

enseignable (fr)[QuiPeutEtre]

docent, leerkracht, onderwijsgevende, onderwijskrachtprofessor - instructief, instruktief, leerrijk, leerzaaminformativo, instrutivo, noticioso[Dérivé]

aanleren (v. trans.) • aprender (v. trans.) • bijbrengen (v. trans.) • doceren (v. trans.) • ensinar (v.) • instrueren (v. trans.) • instruir (v.) • leren (v. trans.) • lesgeven (v. trans.) • les geven (v. trans.) • onderrichten (v. trans.) • onderricht geven (v. trans.) • onderwijzen (v. trans.)

-