Conteùdo de sensagent
- definição
- sinónimos
- antónimos
- enciclopédia
Últimas investigações no dicionário :
calculado em 0.0s
dicionario analógico
mesurer (fr)[Classe]
uitdrukken — transmitir - boeken, boekhouden, rekenen — contar[Hyper.]
gehalte, graad, grootheid, hoeveelheid, kwantiteit, maat, maatstelsel, mate, meting — cantidad, cuanto, medida, quantum - experiment, het meten, maatstelsel, meten, meting, onderzoeking, probeersel, proef, proefneming, test, toets, toetssteen — medición, medida, mensuración - Quantificacao, quantificação (pt) - maat, maatlepel, maatstelsel — medida - grootheid, kwantiteit, kwantum, quantiteit, quantum — cantidad, grandeza - meetbaar, mensurabel — medible, mensurable[Dérivé]
ijken — calibrar - pesar (pt) - medir con contador - pace, step (en) - klokken, timen — calcular el tiempo, cronometrar - peilen — sondar, sondear - titreren — valorar - peilen — sondar, sondear - afwegen, wegen — pesar, ponderar[Spéc.]
Quantificacao, quantificação (pt)[Nominalisation]
gehalte, graad, grootheid, hoeveelheid, kwantiteit, maat, maatstelsel, mate, meting — cantidad, cuanto, medida, quantum - experiment, het meten, maatstelsel, meten, meting, onderzoeking, probeersel, proef, proefneming, test, toets, toetssteen — medición, medida, mensuración - maat, maatlepel, maatstelsel — medida - grootheid, kwantiteit, kwantum, quantiteit, quantum — cantidad, grandeza - meetbaar, mensurabel — medible, mensurable[Dérivé]
bepalen (v. trans.) • determinar la cantidad de (v.) • kwantificeren (v.) • vaststellen (v. trans.)