Conteùdo de sensagent
Últimas investigações no dicionário :
calculado em 0.016s
gezondheid; gezondheidstoestand; salubriteit; welbevinden; vorm[Classe]
ziekte; ziekbed; periode van ziekte; misselijkheid; onpasselijkheid; aandoening[Classe]
(ziekte; ziekbed; periode van ziekte; misselijkheid; onpasselijkheid; aandoening), (ziektestof; ziekteverwekker)[termes liés]
pathological state (en) - lichaamsgesteldheid[Hyper.]
ongezond[Dérivé]
gezondheid, prosperiteit, voorspoed, welbevinden, welstand, welvaren, welzijn[Ant.]
discrasia (pt) - kwaal, misselijkheid, onpasselijkheid, periode van ziekte, wanorde, ziekbed, ziekte - invalidism (en) - galachtigheid, galligheid, korzeligheid - besmetting, infectie, infektie - pathologie - doença (pt) - contusie, kneuswond, kneuzing, kwetsing, kwetsuur, laesie, letsel, trauma, verwonding - slechte conditie - breekbaarheid, broosheid, fragiliteit, lichaamsgebrek, vergankelijkheid, zwakte[Spéc.]
ongezond[Dérivé]
gezondheid, prosperiteit, voorspoed, welbevinden, welstand, welvaren, welzijn[Ant.]
indispositie (n.) • slechte gezondheid (n.)
-