Conteùdo de sensagent
Últimas investigações no dicionário :
calculado em 0.016s
apuro; inconveniente; dificultad; abarrancadero — moeilijkheid; moeite; moeilijkheden[Classe]
moyen pour obliger qqn (à faire, à être) (fr)[Classe]
moyen, ressource pour faire qqch (fr)[Classe]
(contrario), (agresión) — (tegengestelde; tegenovergestelde; tegendeel; tegenpool), (aanranding)[Caract.]
dificultad, obstáculo — bezwaar, moeilijkheid[Hyper.]
desalentar, disuadir, oponerse — afschrikken, verhinderen - estorbar, impedir — hinderen , moeilijk, verhinderen , vertragen - dificultar, dificultar, entorpecer, entorpecer, estorbar, impedir, obstaculizar, obstruir, retrasar — belemmeren, derangeren, deren, geven, hinderen - chafar — afstoppen, belemmeren, bemoeilijken, impediëren, remmen, stuiten - disuasivo, disuasorio — afschrikwekkend[Dérivé]
albatross, millstone (en) - fastidio, lata, latazo, murga — kleilaag - carga, estorbo — rem - atadura, atascadero, embarazo, impedimento, obstáculo, obstrucción, traba — beletsel, hinderpaal, obstakel - corsé - diriment impediment (en)[Spéc.]
en caso de ausencia, en caso de impedimento — bij verhindering, in geval van verhindering[Adv.]
desalentar, disuadir, oponerse — afschrikken, verhinderen - estorbar, impedir — hinderen , moeilijk, verhinderen , vertragen - dificultar, dificultar, entorpecer, entorpecer, estorbar, impedir, obstaculizar, obstruir, retrasar — belemmeren, derangeren, deren, geven, hinderen - chafar — afstoppen, belemmeren, bemoeilijken, impediëren, remmen, stuiten[Dérivé]
atadura (n.f.) • atascadero (n.m.) • barrière (n.f.) • beletsel (n. neu.) • bezwaar (n. neu.) • drempel (n.) • freno (n.m.) • handicap (n.m.) • hindernis (n.) • hinderpaal (n.m.) • hobbel (n.) • impediment (n.) • impedimento (n.) • obstakel (n. neu.) • obstrucción (n.f.) • rem (n.f.) • struikelblok (n. neu.) • struikelsteen (n.) • traba (n.f.) • verhindering (n.f.)
-