» 

dicionario analógico

Befahrbarkeit; Gangbarkeit; Begehbarkeitbegaanbaarheid[Classe]

véhicule automobile (fr)[Classe]

motorisé et se mouvant par lui-même (véhicule) (fr)[Classe]

personne qui récupère les épaves de véhicule (fr)[Classe]

(Massenkarambolage; Serienunfall; Kollision; Aufprall; Karambolage; Zusammenstoß; Anprall; Zusammenprall; Verkehrsunfall; Motorradunfall; Autounglück; Autounfall)(autobotsing; aanrijding; verkeersongeluk; verkeersongeval; schipbreuk; auto-ongeluk; auto-ongeval)[Thème]

assurance de véhicule routier (fr)[Thème]

panne de véhicule automobile (fr)[Thème]

sport mécanique (fr)[Thème]

(Parklücke; Parkplatz; Stellplatz)(parkeerplaats; parkeerruimte; parkeervak)[Thème]

(Zweirad)(tweewieler)[Thème]

véhicule automobile (fr)[Thème]

(Automobil; Auto; Kraftwagen; Wagen; Kraftfahrzeug; Personenkraftwagen; Mühle; Vehikel; Klapperkasten; Karre)(automobiel; auto; wagen; kar; statusblik; schuitje; vehikel; rammelkast; brik)[Thème]

(beschleunigen; sich beschleunigen; sausen; in Fahrt kommen), (Fahrer; Fahrerin; Chauffeur; Chauffeuse; Kraftfahrer; Kraftfahrerin), (Lenkrad; Lenksäule)(versnellen; sjezen; accelereren; optrekken; sneller gaan; vaart krijgen), (chauffeur; chauffeuse), (stuur)[Thème]

entretien d'un véhicule automobile (fr)[Thème]

véhicule automobile (fr)[Thème]

véhicule automobile utilitaire (fr)[Thème]

véhicule automobile de loisir (fr)[Thème]

(Weg; Fernstraße; Fernverkehrsstraße; Verkehrsstraße; Verkehrsweg), (Befahrbarkeit; Gangbarkeit; Begehbarkeit)(weg; verkeersweg), (begaanbaarheid)[termes liés]

-