Conteùdo de sensagent
Últimas investigações no dicionário :
calculado em 0.0s
terminer dans le temps (fr)[Classe]
faire qqch, avoir une activité (fr)[Classe...]
conclure (un récit, un raisonnement) (fr)[Classe]
ranger l'épée (fr)[Classe]
mener à terme qqch (fr)[Classe]
finir de soumettre à l'esprit qqch (fr)[Classe]
afkrijgen, afronden, afwerken, de laatste hand leggen aan, klaarkomen, klaarkrijgen, voleinden, voleindigen, voltooien — acabar, completar - consommer (fr) - afhandelen, uitvoeren — executar, levar a cabo - clore le scrutin (fr) - afsluiten, sluiten — acabar, concluir, finalizar, terminar - bijwerken, perfectioneren, perfektioneren, vervolmaken, volmaken — aperfeiçoar, terminar - consumar - couronner (fr) - afbreken, afsluiten, beëindigen, besluiten, een einde maken aan, eindigen, ophouden, sluiten, stoppen, termineren, verijdelen — acabar, acabar com, concluir, desfazer, encerrar, fechar, finalizar, pôr termo a, terminar - toucher au but (fr) - tirer le rideau (fr) - afbouwen, afkrijgen, afmaken, afronden, bea aindigen, finishen, klaarkrijgen, voleinden, voleindigen, volledig maken, volvoeren — acabar, completar, conseguir, encerrar, finalizar, sair bem, ter êxito, terminar - classer une affaire (fr) - korte metten maken met — despachar - porter <S:qqch> à son terme (fr) - mettre la dernière main (fr) - conclure (fr) - clausurar, encerrar debate - besluiten — terminar - to put the finishing touches to something (en)[Spéc.]
-